Bunkernummer
Se9
Oud Bunkernummer
ES7
Lokatie
Semmerzake
Toegankelijkheid
Niet meer van toepassing, is grotendeels gesloopt
Aantal kamers

2 kamers en een sas op de benedenverdieping en 1 kamer boven.

Aantal schietgaten
2
Type geschut
1x AC en 1x MI
Bijhorende vuurrichting
Zuid - Zuidoosten
Origineel kadastraal perceel waarop de bunker werd gebouwd:
  • Semmerzake, Unieke Sectie, kadastrale percelen 766d (gedeeltelijk) - 766q (gedeeltelijk ) - 766L/a - 766L/b - 766L/c
Meer details over de originele eigenaars en de aktes behorende bij deze bunker:
  • Voor de onteigening van deze bunker werden stukken onteigend van in totaal 5 verschillende deelpercelen. Het betroffen enerzijds beperkt perceel omschreven als bestaande woning, deels tuin en deels landbouwgrond. De totale onteigening was amper 1 are 4 ca groot.
  • Ook zijn de omschrijvingen van de bijhorende onteigeningen vrij complex en moeilijk te volgen doordat er twee schetsen worden gebruikt van het terrein met de verschillende kadastrale percelen met aangeduide hoekpunten. De eerste dergelijke schets die zo wordt gebruikt staat letterlijk als detail bij de onteigeningsakte. De tweede gelijkaardige schets werd apart nog eens bij het opstellen van de aktes gebruikt en wordt naar verwezen als schets 2. De punten zijn echter onderling niet 100% identiek waardoor de omschrijvingen van de aktes er niet altijd eenvoudiger op worden.
  • De eerste akte omvat enerzijds de overnamen van de gemeenschappelijke muur tussen de respectievelijke woning en de aan te bouwen bunker. Het betreft dus de gemeenschappelijke buitenmuur van de woning op het perceel 766L zoals geschets op een apart bij de akte horende schets, voor de helft van de dikte overgekocht. Merkwaardig is dat dit eigenlijk geen muur is waar het ooit de bedoeling was om er tegen aan te bouwen gezien er juist boven het onteigende gedeelte zelfs een raam zit. Binnen de deels onteigende muur zit zelfs nog een klein rond raampje, ook een ossenoog genoemd.
    • Daarnaast werd eveneens een zone CDFE (perceel 766L/b obv plan II), die al als erfdienstbaarheid voor het bereiken van perceel 766m (los van deze akte) geëist deze te seponeren.
    • Bijkomend zou hijzelf als gebruiker van de erfdienstbaarheden ABCD (perceel 966L/a obv plan II) en EFPG (perceel 966L/c obv plan II) dienen te verzaken. Dit was hij binnen de akte al mee akkoord zonder vergoeding mits een correct tegenalternatief te krijgen.
    • In de akte werd ter compensatie voorzien dat deze eigenaar zonder discussie eeuwigdurend toegang zou verkrijgen tot zijn perceel 766m via een vrij bochtig maar voor hem voldoende breed parcours terug te vinden als LKIJBDFHORNM (plan II)
  • De akte voor deze toch vrij complexe situatie werd getekend voor akkoord op 13 september 1935 ten opzichte van Mr Alphonses De Roucke, werkman te Semmerzake voor de prijs van 2415 BEF.
  • De akte bevatte wel daarnaast nog een bijkomende intrestclausule waardoor hij jaarlijks nog eens 5% van dit bedrag zou ontvangen vanaf het ogenblik dat de akte werd getekend. Dit kwam neer op een jaarlijkse intrest van 120.75 BEF.
  • Een tweede akte handelde enerzijds over een zeer klein perceeltje van 2 ca ontnomen in het perceel 766q gekadastreerd als een bestaande woning. De grenzen worden gevormd door MOq (op bijhorend plan II). Dit is een klein stukje van het perceel op de linker voorhoek van de woning die voor de bunker zal liggen (dus niet de aangebouwde woning).
  • Daarnaast werd er binnen deze akte bijkomend nog een onteigenin in datzelfde perceel 766q tussen de punten GLNOPRJ (van plan II) ter grootte van 34 ca. Dit is de ganse rest van het perceel zuidoostelijk van de stroken ABPG (plan II) die in het verleden voordien dienden als erfdienstbaarheden naar perceel 766m. Dit is echter een dubbele onteigening want dit omvat opnieuw het eerdere kleine driehoekige perceeltje van 2 ca. Dit kleine perceeltje is noodzakelijk om de nieuwe voorziene erfdienstbaarheid voldoende breed te maken aan de straatkant.
  • Een derde strookje van 13 ca werd nog onteigend tussen de punten EMNLG maar dit is een totaal onbeduidende en geen veelhoek vormde combinatie volgens plan II?
    • Daarnaast wordt met deze akte ook geëist de bestaande erfdienstbaarheden op de percelen ABCD (perceel 966L/a volgens plan II) en EFPG (perceel 966L/c volgens plan II) te verzaken. Deze waren bedoeld om het perceel 766m te kunnen bereiken.
    • Bijkomend zou hijzelf als gebruiker van de erfdienstbaarheden CDFE (perceel 766L/b volgens plan II) dienen te verzaken. Dit werd in de akte omschreven als te gebeuren zonder bijkomende vergoeding.
    • Ook in deze akte werd ter compensatie voorzien dat deze eigenaar zonder discussie eeuwigdurend toegang zou verkrijgen tot zijn perceel 766m via een vrij bochtig maar voor hem voldoende breed parcours terug te vinden als LKIJBDFHORNM op plan II.
  • De akte voor deze toch vrij complexe situatie werd getekend voor akkoord op 13 september 1935 ten opzichte van Mevr Anna De Rouck, beroep niet gespecificeerd en gehuwd met Mr Renatus Delvaux, steenbakker te Semmerzake en beiden daar wonende. Deze deelakte werd opgemaakt voor de prijs van 7500 BEF.
  • De akte bevatte wel daarnaast nog een bijkomende intrestclausule waardoor hij jaarlijks nog eens 5% van dit bedrag zou ontvangen vanaf het ogenblik dat de akte werd getekend. Dit kwam neer op een jaarlijkse intrest van 375 BEF.
  • Een derde en vrij beperkte akte betreft allicht (want de lettercombinatie die men er aan koppelt, is totaal niet terugbrengbaar via de letters op de terug te vinden schetsen. Men spreekt van de grenzen ABLK maar deze vormen op die schets II totaal geen sluitende veelhoek. Vermoedelijk betreft het hier de zone van iets meer dan 8 meter lang en ongeveer 2 meter diep die de toenmalige trottoir zal vormen voor het terrein waar werd op onteigend. Het is dus het koppelstuk tussen eerder onteigende percelen en de steenweg te Semmerzake, ter grootte van 18 ca.
    • Ook deze akte bevat de clausule af te zien van vroegere erfdienstbaarheden op de stroken 966L/a; 966L/b en 966L/c.
    • Ook hier wordt het alternatief aangeboden uit beide vorige aktes.
  • Deze beperktere akte werd opgemaakt op 13 september 1935 voor de prijs van 1200 BEF aan Mr Jules De Rouck, herbergier wonende te Semmerzake.
  • Ook deze deelakte bevatte een intrestclausule ter waarde van 5 % op het verkoopsbedrag wat in dit geval neerkwam op 60 BEF per jaar.
  • Erfdienstbaarheden, zowel de permanente om de bunker ten allen tijde te kunnen bereiken, als de tijdelijke die standaard werden in de aktes voorzien met een termijn van 8 maanden voor de bouw van de bunker mogelijk te maken, gingen net zoals het uitkeren van toegekende intresten pas in voege, van zodra de eigenlijke werken voor de bouw van de bunker werden aangevat, ongeacht de tijdsperiode die op die manier verstreek tussen aankoop van de gronden en de eigenlijke bouw van de bunker zelf.
Huidige kadastrale perceelnummers van deze bunker:
  • Alle eerder gemelde percelen die ooit werden onteigend voor de bouw van de bunker zijn heden opgegaan in het perceel 766z. Van de bunker is ook in werkelijkheid op enkele restanten na geen sprake meer omdat hij grotendeels werd gesloopt. Deze staat dan ook logischer wijze niet meer op de actuele kadasterschetsen.
  • Allicht zijn de percelen 766z en 766d² in handen van dezelfde personen want er is op actuele kadasterplannen ook geen spoor meer terug te vinden van nog bestaande erfdienstbaarheden om dit laatste perceel te kunnen bereiken.

Kadasterschets

Gedetailleerd kadasterplan bij deze toch vrij complexe onteigeningsaktes.

Detailschets van de verschillende percelen die voorkomen op de eerder gemelde 3 aktes.

De eerste akte sprak op de zone terug te vinden als de 3 smalle stroken aan de noordwestkant van het onteigende perceel en de gemeenschappelijke gevel.

De tweede akte handelt over de rest van het perceel zuidoostelijk van de 3 stroken.

De 3e akte handelt zo goed las zeker over de onteigende strook tussen openbare weg (steenweg) en vorige percelen.

Bij elke akte zat de schets hiernaast afgebeeld nog eens getekend voor akkoord. Wel vervelend is dat niet alle hoekpunten op deze schets aangebracht gelijk zijn met de punten weergegeven op de schets hierboven. Zijn deze er later foutievelijk bijgezet of doelbewust gewijzigd. In elk geval liggen ze aan de oorsprong dat niet alle omschreven veelhoeken op de aktes in praktijk niet altijd blijken te kloppen. De schets hierboven is dan bijkomend redelijk bleek en niet meer vlot leesbaar voor alle daarop aangeduide hoekpunten.

Detail van de bijkomende onteigening van de door de bouw van de bunker ontstaande gemeenschappelijke gevel. Merk dus op dat men de bunker net laat aansluiten met het bestaande raam in de gevel. Het ossenoog links komt verstoken te zitten in een dode en nutteloze hoek achteraan de ondertussen op de achtermuur na, gesloopte bunker.

Actueel kadaster anno 2013

De bunker zelf die gesloopt is, is niet meer te zien en verdwenen. Wat nog rest is het perceel 766z met zijn vrij rare vorm. De uitstekende spie naar het perceel 766d² was de originele erfdienstbaarheid om datzelfde terrein ooit te bereiken. Blijkbaar is ook die erfdienstbaarheid ondertussen volledig verdwenen en niet meer van toepassing.

Actuele luchtfoto Google Earth anno 2007. Het bunkertje stond zuidwestelijk van de laatste woning voor de oprit naar de fabriek tussen voetbalplein en de helling te Semmerzake, vrij centraal op de foto.

Routebeschrijving om deze bunker te vinden:
  • De bunker lag op de rechter kant van de Aalbroekstraat, komende van Gavere, U ziet vrij eenvoudig de gemetste bak juist voor het huis waartegen de bunker origineel aangebouwd werd.
Localisatie van de bunker op de bunkerlinie:
  • Het is een zware steunliniebunker (bunker tegen directe doorbraak) op het steunpunt Semmerzake tussen Se8 (75 m) en Se10 (150 m).
Structuur van het bunkertje:
  • De bunker bestond origineel uit drie kamers en een sas.
  • Het onderste verdieping bevatte twee kamers en het sas.
  • Vooraan was er een kamer met een vast opgesteld 47mm kanon.
  • Daarachter was een kleinere kamer met een handmatige ventilator om vuile lucht door het schieten met het kanon naar buiten de drijven via overdruk in de bunker via het schietgat zelf.
  • De bovenste kamer bevatte een schietgat voor mitrailleur en een gat voor het plaatsen van een schijnwerper gericht op de weg.
  • Deze kamer was bereikbaar via een metalen trap op de achterwand van de kanonkamer.
Welke type wapens waren in de bunker opstelbaar + wat waren de schietsectoren:
  • De mitrailleurkamer was standaard voorzien voor de opstelling van een Maximmitrailleur. Daarnaast was ze ook uitgerust voor de opstelling van een Browning FM30 mitrailleur.
  • In de kanonkamer op de benedenverdieping stond een vast opgesteld AC 47 mm kanon.

Omschrijving van het gecamoufleerde bunkertje:

  • Origineel was hij volledig ommuurd met baksteen.
  • Het was 1 van de 4 bunkers ooit op Bruggenhoofd Gent gebouwd met bijkomend een verdiep.
  • Al het houtwerk was standaard uitgevoerd in Noors rood dennenhout tenzij anders vermeld.
  • De eigenlijke toegang bij de inkom was op zijn beurt afgesloten met een metalen traliehekje van 0.90m x 1.82m. Hierachter bevond zich een haakvormig toegangssas.
  • Dit metalen hekje was nog eens bijkomend aan het zicht onttrokken door een houten camouflagedeur van 1.00m x 2.00m (BxH).
  • Bij de bunkers met mitrailleurkamer(s) was de toegang tot de eigenlijke gevechtsruimtes van de bunker gescheiden van het sas door middel van een gepantserde metalen deur van 0.86m x 1.82m (BxH) met zonneblinden, omlijsting en luikje voor toegangsverdediging. Gezien deze bunker zijn mitrailleurkamer op de bovenverdieping had, stond in dit geval de gepantserde deur voor de toegang van het kleine kamertje met de manuele ventillator om de kanonkamer eventueel op overdruk te kunnen zetten omdat de vuilde dampen de bunker zouden verlaten.
  • Tussen dit kleine kamertje en de kanonkamer zat nog eens een stalen deur.
  • In deze kanonkamer bevond zich
    • Een vast op rolwagen voor en achteruitschuifbaar vast opgesteld C47 kanon.
    • Een ventillatiegat waarlangs lucht naar binnen geduwd kon worden via de in het kleine kamertje daarachter aanwezige manuele ventillator. Op die manier konden giftige dampen via het schietgat naar buiten geperst worden.
    • Allicht had deze kamer ook een aantal meters etagères met leggers in eikenhout.
    • Een verzinkte hanghaak aan het plafond voor ophangen olielamp (in vredestijd)
  • Volgens het bestek zat het schietgat voor het 47 mm kanon verborgen achter 2 luiken in verschillende richtingen scharnierend van 0.60m x 1.40m (BxH). Op deze luiken zou dan bijkomend het frame van een houten raam bevestigd zijn. In praktijk zijn deze beide luiken vervangen door nog een, vermoedelijk vrij identieke houten deur van allicht 1.20m x 2.00m. Op oude foto's hieronder zie je zelfs dat deze deur bovenaan ook nog kleine, allicht in groen glas uitgewerkte, kleine raampjes had.
  • De mitrailleurkamer was bereikbaar via een metalen trap en een trapgat. In deze kamer was voorzien:
    • 3.50 meter etagères met leggers in inlandse eik.
    • Een inlands eiken plankje van 0.32m x 0.12m x 0.06m met ijzeren steunen voor de plaatsing van een kogelpers.
    • 6 zware geschilderde hanghaken voor ophangen materialen in de kamers
    • Een verzinkte hanghaak aan het plafond voor ophangen olielamp (in vredestijd)
    • 1 chardome en chardomeplaat voor de standaard opstelling van een Maximmitrailleur
    • Voor deze bunker allicht een via electriciteit werkende schijnwerper gericht op de steenweg komende uit Aalst.
  • Voor de rest waren alle luiken voor het schietgat voor mitrailleur, het schijnwerpergat alsook de resterend valse ramen uitgewerkt als een houten plaat met daarop telkens bijkomend het frame van een raam op bevestigd.
  • Het schietgat voor mitrailleur en het schijnwerpergat, zaten verborgen achter één groot lang raam. Dit was opgebouwd uit in totaal 3 valse ramen. De twee linkse luiken van telkens 0.50m x 1.00m (BxH) scharnierden naar links. Het 3e identieke luik scharnierde naar rechts.
  • Ook achteraan de opening voor de schijnwerper zat aan de binnenzijde van de bunker nog een metalen luik om invliegende projectielen te verhinderen tijdens het gebruik van deze schijnwerper. Dit was uitgewerkt als een schuifluik.
  • Op de zijkant naar de straat toe, had de bunker onderaan twee hoge valse ramen van 0.80m x 1.70m (BxH). Op het verdiep waren er nog 2 kleinere ramen van 0.80m x 1.00m (BxH).
  • Bij het toegepaste eindontwerp van deze bunker zat er een metalen rooster van 1.00m x 1.00m in de wand boven het dakje over het toegangssas. Dit verborg de aanzuigopening van de manuele ventillator.
  • De bunker had nog 2 puntgevels met vooraan een schouw.
  • In de puntgevel waar de schietgaten zaten, zat ook nog een rond ossenoog.
  • De linker voorhoek van de bunker was rond gemetst voor ongeveer de onderste 2 meter. Op die hoogte werd een betonnen plaat ingewerkt met een kleine steunbeer om de rest van de baksteenwand hierboven te dragen. Daarboven was het baksteenwerk wel met een scherpe hoek uitgewerkt.
  • De volledige dakstructuur was uitgewerkt in rode Noorse den.
  • Het zadeldak op het verdiep had als dakbedekking rode Boomse pannen.
  • Origineel zou het 2e lager gelegen dakgedeelte op het toegangssas uitgewerkt moeten geweest zijn met asbestgolfplaten.
  • Om het tweede niveau in de bunker te bereiken was er een metalen trap aanwezig van 2.30m.
  • Het globale uitzicht was dit van een woning die nogal dicht tegen de straat was aangebouwd en zelfs letterlijk op het voetpad stond.

Originele bouwplannen van de bunker

Terreinschets horende bij de bouwplannen van deze unieke maar verdwenen bunker op de linie.

Zoals hier te zien is de bunker licht afwijkend gebouwd qua oriëntatie met de bestaande bebouwing. Er ontstond op deze wijze een vrij merkwaardige spievormige nis tussen woning en bunker.

Doorsnede ter hoogte van de benedenverdieping. Op deze schets zie je wel dat men voorzag om met een muurtje de bunker toch ongeveer gelijk te zetten met de woning waar hij werd tegenaan gebouwd.

Links heb je de kamer voor het vast opgestelde 47 mm kanon. In de linker achterhoek bevond zich een trap van stijgijzers naar de bovenverdieping.

Tussen deze kamer en het eigenlijke toegangssas zat een klein bijkomend kamertje waar de manuele ventillator was opgesteld om de giftige rookgassen door het creëren van overdruk, via het schietgat, de bunker te laten verlaten.

Gelijkaardige doorsnede ter hoogte van de bovenverdieping. Deze kamer was geschikt voor het opstellen van een mitrailleur. Links in de hoek zat de schijnwerper. Achteraan deze kamer de trap met stijgijzers om de bovenverdieping te bereiken.

Detailzicht op de gevel naar de straatkant toe. Het uitzicht was dus letterlijk een naar de straatkant uitstekende woning. Op de zijkant zaten in totaal 4 valse ramen.

Ook merkwaardig is de wijze waarop de hoek van de bunker werd uitgewerkt. De gevel was hoekig op het 1e verdiep. Voor de benedenverdieping was deze hoek afgerond en ondersteund door een betonnen plaat steunend op een kleine betonnen console.

Onder deze betonnen sokkel diende een kleine nis, allicht een klein raampje voorzien te worden. Dit is nooit zo afgewerkt geweest..

Doorsnede AB bij bovenstaand grondplan toont een langsdoorsnede door bovenaan de mitrailleurkamer en onderaan de kanonkamer. Wat wel wat raar is, is dat het maaiveld in dit geval wel erg laag ligt ten opzichte van het niveau van de benedenverdieping.

Ook wel wat bedenkelijk bij dit ontwerp is de schouw juist boven de ramen die de schietgaten dienden te verbergen. Niet echt altijd even logisch dus.

Dwarsdoorsnede CD bij hetzelfde grondplan loopt doorheen de kamer met de manuele ventillator-, kanon- en mitrailleurkamer. De schets kijkt naar de schietgaten toe die werden aangeduid met een kruisje.

Herziening bouwplannen

Alle bouwplannen van deze bunker werden achteraf nog eens gewijzigd. De wijzigingen hadden praktisch allen te zien met het wijzigen van de luchtaanvoer voor de manuele ventillator.Dit is meteen ook de reden waarom op de beide terreinschetsen zeer weinig verschillen te zien zijn buite de afwerking in de nis tussen bunker en aan te bouwen woning.

Het herziene grondplan. Voorlopig zie ik enkel een wijziging van de buizen die werden voorzien in de betonnen wand tussen de tussenkamer met de manuele ventillator en de achterzijde van de kanonkamer.

Bij het originele concept werd de verse lucht aangezogen via een rooster naast de toegang van de bunker. Bij deze herziening komt deze aanzuig boven het dakje van het toegangssas te zitten. Op die manier is dat risico houdend gedeelte van de bunker voor sabotage dus totaal onbereikbaar vanaf de buitenzijde.

Een gelijkaardige herziening van de bovenverdieping. Ook hier is het enige echt opvallende verschil die buisvorm in het gewapend beton dat duidelijk boven het dak van het toegangssas uitkomt.
Doorsnede AB bij de herziene grondplannen. De aanzuig van de verse lucht zit letterlijk onder de nok van het dak boven het hoger opgetrokken dakje van het toegangssas.
Doorsnede CD bij het gewijzigde grondplan. Opnieuw is het enige zichtbare verschil de gewijzigde situatie van de inbouw van de ventillator.
Detail van de gevel. Aan de straatkant was de verloren hoek achter de bunker iets minder opvallend omdat er een kort muurtje tussen bestaande woning en bunker werd voorzien dat meeliep qua schuinte met de zijgevel van de bunker. De bovenkant werd afgesloten met betonnen dekplaten.
Detailschets van de manuele ventillator in deze bunker.
Actuele toestand van deze bunker:
  • De bunker werd in 1977 gesloopt.
  • Wel kreeg men hem nooit volledig gesloopt en er staat dan ook nog altijd een restant van de achtermuur tegen de nog bestaande ooit gemeenschappelijke muur van de woning waar hij ooit werd tegengebouwd.
  • Deze restant zit verborgen in een snelbouwstenen rode bak die nog vrij gemakkelijk terug te vinden is.
Draagt de bunker nog sporen van de meidagen 40:
  • De bunker heeft allicht nooit echt strijdgewoel gekend en zal dan ook allicht nooit directe sporen van strijd hebben gedragen..
Anekdotes, leuke weetjes en verhalen direct koppelbaar aan dit bunkertje:
  • De bunker was waarschijnlijk een van de meest intacte bunkers op de linie tot hij in 1977 voor verbredingswerken van de Aalbroekstraat diende te wijken. Tot dan had hij nog altijd zijn origineel dak, inclusief de dakpannen.
  • De bunker is echter ook nog altijd lokaal bij oudere mensen gekend omwille van de problemen die er geweest zijn om hem in 1977 gesloopt te krijgen. Het bunkertje stond zo dicht bij een woning (hij was er bij aangebouwd) dat men bij het afbreken ervan het niet heeft aangedurfd de dichtst tegen het huis staande wandgedeelte mee af te breken. Dit betreft het gedeelte waar er in de beschrijving sprake is van de gemeenschappelijke, gedeeltelijk mee onteigende muur. Hierdoor staat er naast de desbetreffende woning heden een soort gemetste bak waarachter de originele achtermuur nog altijd aanwezig is. U kunt deze achterwand nog altijd bekijken via een aantal in die wand gelaten openingen.
  • De afbraak van deze bunker heeft het faillissement betekend voor een drietal bouwfirma's die na de aanbesteding van de afbraak, het kleinnood niet afgebroken kregen. Dit maar als een bewijs dat de bunkers uiterst stevig gebouwd waren.
Kostprijsschatting van het toenmalige bunkertje:
  • Op basis van de hoeveelheden toegepast binnen de bouwproject A en B voor gelijkaardige bunkertjes, gecombineerd met de toegepaste basisprijzen zoals in het bestek van bouwproject E terug te vinden, werd een eerste benaderende prijs bepaald voor elk van de bunkertjes. Deze detailprijzen werden daarna herrekent via de regel van 3 op basis van de werkelijke projectprijs zoals terug te vinden in het bestek en de totaalprijs zoals zelf op basis van de gemaakte veronderstellingen, bekomen. Op die wijze moet dit bunkertje ongeveer 73.438,43 Bef gekost hebben.
  • Als men hier nog eens een aantal zaken gaat bijtellen die niet dienden ingecalculeerd te worden door de bouwfirma's maar rechtstreeks werden aangeschaft door de militaire overheid zoals bv chardomes, koepels, ventillatoren,... moet de totale kostprijs ongeveer op 75.688,43 Bef hebben gelegen.
  • Ter info: 1 BEF in 1934 komt ongeveer overeenkomt met een bedrag van 74 BEF (1.84€) in 2013, een "factor 74" dus.
Algemene foto's uit de oude doos (voor 2006 - chronologisch)

Hiernaast een familieportret uit de collectie van de familie Dervaux-De Rouck. Bovenaan ziet u (vlnr) René Dervaux, Noé, André en Anna De Roeck met in haar armen Romain. Vooraan (vlnr) Gerard, Monique en Andrea.

De foto is genomen poserend voor het schietgat van het mobiele kanon. De foto moet dateren van na de meidagen '40 en begin 1943. De bunker is wel degelijk al ontmanteld want het vast opgestelde C47 kanon is wel degelijk niet meer aanwezig. Daarnaast is het schietgat echter ook nog niet dichtgemetst om hergebruik van de bunker te voorkomen bij een eventuele Geallieerde dropping. Ook zijn nog de camouflagerestanten aanwezig van de nepdeur die het schietgat moest camoufleren. U ziet zelfs bovenaan de deur de voor die tijd klassieke gekleurde, allicht groene venstertjes. Het toegangssas rechts naast de nog aanwezige regenpijp is nog volledig intact qua baksteencamouflage.

familieportret voor nog intakte bunker Se9, vermoedelijk getrokken voor 1944.

Vooraanzicht op de bunker. We moeten ergens in de jaren '60, ten laatste de eerste helft van de jaren '70 zitten. De bunker diende uiteindelijk te verdwijnen voor verbredingswerken aan de Aalbroekstraat in 1977. De bunker vertoont toch al heel wat verschillen met de zeer intacte bunker op de foto hierboven. Hij is vooreerst volledig dichtgemetst aan de schietgaten en zelfs het schijnwerpergat. Bovenaan links in het grote venster ziet u de opening voor de schijnwerper. In het midden het schietgat voor mitrailleur. Beneden ziet u verborgen als een deurgat, het schietgat voor het vast opgesteld 47mm kanon.

De originele dakgoot is ondertussen ook verdwenen, net zoals het baksteen metselwerk op de zijkant van het sas rechts van het schietgat voor het C47 kanon.

Op deze foto is wel duidelijk onder de uitstekende betonnen hoek geen kleine nis of raampje zichtbaar zoals wel op de plannen getekend.

(Foto: Collectie J. De Vos)

Se9 tweeverdiepsbunker te Semmerzake, afgebroken in 1977

Een tweede foto, allicht van dezelfde fotoreeks als de foto hierboven. Je ziet duidelijk dat het benedenverdiep letterlijk afsluit met een betonnen plateau waaronder de bunker afgerond gemetst is. Vanaf de betonnen console met balk (zichtbaar) is de camouflage vrij klassiek erder afgewerkt. Nog zeer fraai was ook het kleine ossenoog bovenaan dat zelfs nog zijn origineel houten raampje had.

Op de achtergrond achter de witte betonnen plaatjes zie je trouwens ook nog de bunker Se8.

(foto: Collectie J- De Vos - uit het boek Bruggehoofd Gent - Erik Janssen)

Beschrijvende foto's van voor 2006

Zicht op de gemetste bak die de restanten verstopt van een laatste originele achtermuur van deze ooit zware bunker te Semmerzake. De foto dateert uit 1995. (Foto: Collectie G. De Jong - Simon Stevin Stichting)

Foto's vanaf 2006.
Hetzelfde zicht daterend uit 2006. Het raampje boven de gemetste bak is ook duidelijk te zien op de schets van de gevel van de woning, horende bij de onteigeningsakte.
se9
U ziet duidelijk de kijkgaten die in de ommuring gelaten zijn om de originele restanten nog te kunnen bekijken.
se9
Detail van de opening aan de straatkant.
De resterende wand is nog groter dan u zou denken. Hij raakt zeker nog tot het tweede verdiep van de woning. Als je trouwens naar boven toe kijkt zie je nog het originele ossenoog in de aangebouwde woning. Dit werd blijkbaar toch ook ooit volledig dichtgemetst.

Je ziet op de massale dikke blok beton die nog achter deze bak verstopt zit hoeveel wapening er wel degelijk in zo een achterwand van een bunker nog stak van in dit geval 1 meter dik.

Links zie je duidelijk de restanten van een eerste gebonden wapening (normaal 5 cm diep in het beton). Dit zijn telkens staven glad ijzer van 15 mm op 15 mm. De mazen zijn 150 mm as op as in het vierkant. 20 cm verder vind je een gelijkaardige 2 wapening.

Ook aan de binnenzijde zat een dergelijke wand dubbel gewapend. Daarvan is blijkbaar wel de 1e wapeningslaag volledig weggeschoten. Normaal waren dat staven van 20 mm die as op as maar 10 cm van erkaar verwijderd zaten.

Een gelijkaardige opening zit ook aan de achterzijde van deze bak.
Aan deze zijde zie je het baksteenmetselwerk nog starten tegen de muur van de huidige woning. Ook het beton sluit er rechtsreeks aan op de muur. Het moet dus bijna onbegonnen werk zijn deze te kunnen slopen zonder de woning mee in puin te leggen.
Nog een laatste blik naar de bakstenen wand rondom de restanten gekeken vanaf dit 2e kijkgat.
 
Vorige (Se8)
Vorige (Se8)
Volgende (Se10)
Volgende (Se10)